In een gezond landschap bestaat geen afval. Alles is voeding voor iets anders. Kringlooplandbouw is de poging van de boer om die logica te herstellen. Niet méér input regelen om dezelfde output te blijven draaien, maar het systeem zo inrichten dat het zichzelf voedt.
Kringlooplandbouw is boeren met een gesloten systeem als kompas. Wat het erf verlaat, komt terug in een andere vorm. Mest voedt de bodem. Maaisel en gewasresten worden weer bouwstof. Voer komt uit de buurt, niet van de wereldmarkt. Zo blijft de bodem vruchtbaar, het ecosysteem veerkrachtig en de boer minder afhankelijk van externe inputs. Zie het als een eerlijke input-outputbalans: wat eruit gaat, moet erin, liefst vanuit het systeem zelf.
Belangrijk is het begrip regeneratie: je werkt niet alleen naar nul schade, je vergroot het herstellend vermogen van bodem, water en biodiversiteit. De kring wordt niet alleen gesloten, maar sterker.
Herbivoren doen iets wat wij niet kunnen: gras en kruiden, onverteerbaar voor mensen, omzetten in hoogwaardige voeding en tegelijk de bodem voeden via mest. In een echte kringloop is een koe geen eindpunt maar een schakel. Gras voedt de koe. De koe voedt de bodem. De bodem voedt weer gras. Als deze kring consistent draait, ontstaat een bedrijf dat minder kwetsbaar is voor prijs-schokken en weersextremen.
Waar de kring breekt, is vaak bij krachtvoer. Soja en granen van ver dragen verborgen kosten: landgebruik, verlies aan biodiversiteit, lange logistieke ketens, prijsonzekerheid. Voor de boer betekent het afhankelijkheid. Voor het landschap betekent het dat voeding en vruchtbaarheid uit elkaar worden getrokken. Kringlooplandbouw kiest daarom voor regionale eiwitten en reststromen waar het kan, en stemt de veestapel af op het eigen voedselaanbod van grasland en akker.
Proef wat een gesloten kringloop oplevert. Bestel lokaal. Bezoek het land. Praat mee.